Richtantwoorden en achtergrond

Hieronder staan de theoretische beschrijvingen van DNB. De leerlingen moeten vooral hun eigen (goed onderbouwde) weergave geven, zolang ze het terug kunnen brengen op betrouwbare bronnen. 

Opdracht 1a 
Gebaseerd op dit onderzoek

Londen 2012 - Kosten: 13,4 miljard euro. Overschrijding: 76%
Sochi 2014 - Kosten: 20 miljard euro. Overschrijding: 289%
Rio 2016 - Kosten: 4,1 miljard euro. Overschrijding 51%
Later wordt gesproken over kosten die zijn opgelopen tot 11,9 miljard euro. Zoals in dit artikel

Opdracht 1b
Handige bronnen:
Londen 2012: Link 1
Sochi 2014: Link 1
Rio 2016: Link 1 / Link 2

Opdracht 2
Handige bronnen:
Link 1
Link 2
Link 3

Opdracht 3a
Hiermee maak je een schatting van de (positieve en negatieve) effecten van een project (of beleidsoptie) op de welvaart in ruime zin. Het gaat dus om financiële kosten en baten, maar ook om maatschappelijke effecten zoals effecten op geluidsoverlast of natuur die inwoners van waarde vinden.

Om tot een goede analyse te komen, beschrijf je eerst waarom je het evenement wilt organiseren. Wat moet het opleveren? Je gaat de verschillen analyseren tussen het nulalternatief (geen evenement) en de effecten die de organisatie van een evenement als de Olympische Spelen teweeg brengen. 

Dan volgt misschien wel de moeilijkste stap. Alle effecten op de welvaart van mensen ga je monetariseren, oftewel in geld uitdrukken. Tot slot bepaal je over hoeveel jaar je de kosten en baten meerekent.

Opdracht 3b
Handige bronnen:
Link 1
Link 2
Link 3
Link 4
Link 5
Link 6