Richtantwoorden en achtergrond

Hieronder staan theoretische beschrijvingen. De leerlingen moeten vooral hun eigen (goed onderbouwde) weergave geven, zolang ze het terug kunnen brengen op betrouwbare bronnen en begrippen juist hanteren.

Opdracht 1

a. FinTech-ondernemingen specialiseren zich vaak in één product of dienst en concurreren hiermee met de gevestigde partijen. Dit maakt het lastig voor bijvoorbeeld banken die een totaalpakket aanbieden van verschillende diensten/producten. Denk ook aan grotere overhead en duurdere (verouderde) systemen.

b. Financiële instellingen kunnen hun expertise, ervaring en klantenbestand benutten om op grote schaal innovaties door te voeren. Ze kunnen bijvoorbeeld de kosten terugbrengen, efficiënter werken en de service verhogen om zo op grote schaal nog concurrerender te zijn.

Opdracht 2

Het gebruik van algoritmes om te handelen kan resulteren in kuddegedrag. Procyclisch betekent dat de beleggingen de bewegingen van de koersen volgen. Dit maakt het systeem instabieler, omdat oplevingen en neergangen worden versterkt.

Het systeem kan daarbij volatieler worden. Denk bijvoorbeeld aan een app die je geld automatisch plaatst bij de bank met hoogste rente. Grootschalig gebruik hiervan zorgt voor een gigantische elasticiteit van spaardeposito’s bij banken.

Opdracht 3

Er zijn talloze definities voor inclusieve groei te vinden. In een artikel op CreateiveMV somt Mariël Voogel enkele karakteristieken op:

  • Het is gericht op welzijn en welvaart voor iedereen;
  • Het waarborgt economische, sociale en territoriale cohesie;
  • Het moderniseert het sociale zekerheidsstelsel en verhoogt de arbeidsparticipatie;
  • Het investeert in het onderwijs, het verwerven van nieuwe vaardigheden en het leren omgaan met een veranderende arbeidsmarkt;
  • Het is duurzaam en groen;
  • Gericht op producten en diensten met lage aanschafkosten, hoge kwaliteit en het voorziet in de behoeften van de consument (met een laag inkomen).

Volgens de Wereldbank is inclusieve innovatie, elke innovatie die leidt tot betaalbare toegang tot kwaliteitsproducten en diensten voor de armen op een duurzame basis en met een groot effect.

Sinds 2013 bestaat de ‘Social Progress Index‘ (SPI). Die bestaat uit indicatoren die bepalen hoe het met het welzijn van een samenleving is gesteld. Basisbehoeften, kansen en welzijn hebben allemaal een plek.

In 2017 stond Nederland op de zevende plek. Denemarken voerde de lijst aan.

In theorie zorgen FinTech bedrijven ervoor dat financiële diensten laagdrempeliger worden en daarmee voor een grotere groep toegankelijk. Crowdfunding en kredietunies bijvoorbeeld, maken geld beschikbaar voor initiatieven die anders niet gefinancierd zouden worden. Dat is een positieve ontwikkeling zolang eventuele bijkomende risico’s worden afgedekt. Want diverse onderzoeken tonen aan dat een toename in inclusieve groei, niet gepaard gaat met stabiliteit van het systeem. Als er effecten zijn, zijn die op systeemniveau vaak negatief, maar voor veel individuen en bedrijven biedt het kansen en voordelen. Reden te meer voor DNB om de ruimte te geven en alert te zijn op risico’s.

Gebruikte bronnen:

https://esb.nu/esb/20031496/esb-4753s-innovatie-in-betalen

http://creativemv.com/nl/inclusieve-innovatie-voor-een-inclusieve-economie/

Opdracht 4

Eigen invulling.